Het college onderschrijft het belang van kamperen bij de boer als laagdrempelig en duurzaam verdienmodel. Deze ontwikkeling sluit aan bij het provinciale beleid op het gebied van vrijetijdseconomie en landbouw en levert een bijdrage aan de leefbaarheid van het platteland en de versterking van de lokale economie. Het uitgangspunt om ruimte te bieden voor maatwerk binnen agrarische bouwblokken met behoud van landschappelijke kwaliteit is opgenomen in de ontwerp Omgevingsvisie in H8.8 onder het kopje 'Ruimte voor maatwerk op het bouwperceel'. Tevens staat in H7.6 dat we het aanbod van recreatiewoningen en kampeerterreinen verder willen ontwikkelen. Dit sluit aan bij de groeiende vraag naar toeristische verblijfsaccommodaties en onze wens om de vrijetijdseconomie te versterken. We gaan in onze omgevingsverordening regels stellen aan de ontwikkeling en landschappelijke inpassing van locaties voor recreatiewoningen en kampeerterreinen, zodat ze bijdragen aan brede welvaart en ruimtelijke kwaliteit zonder de draagkracht van het landschap te overschrijden. We bieden in overleg met gemeenten experimenteerruimte voor seizoensrecreatie zoals tiny houses, glamping en mobiele voorzieningen. Keuzes over het toestaan van een minicamping is aan gemeenten.
Wij beschouwen de motie hiermee als afgedaan.